Arbeidstijd: 10 minuten voor aanvang aanwezig

Werkneemster triomfeert met 'Tienminutenregel'

In de recente uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 14 december 2023 (ECLI:NL:RBROT:2023:11883) heeft een voormalige werknemer van Global Data Collection Company B.V. (hierna: GDCC) succesvol haar vordering voor achterstallig loon ingediend. Opmerkelijk genoeg is hierbij een beroep gedaan op de 'tienminutenregel', die bepaalt dat werknemers 10 minuten vóór aanvang van hun dienst aanwezig moeten zijn. De rechtbank heeft geoordeeld dat deze tijd als werktijd moet worden beschouwd.

Achtergrond: GDCC en Werkneemster Eerder is in een tussenbeschikking vastgesteld dat de arbeidsovereenkomst tussen GDCC en de werkneemster per 1 september 2023 wordt ontbonden, zonder toekenning van vergoedingen aan de werkneemster. Belangrijke aspecten zijn onder andere dat de werkneemster haar functie als call-agent behield, de cao Facilitaire Contactcenters niet van toepassing was, en dat de werkneemster vanaf december 2021 geen recht op loon had vanwege het niet melden voor haar call-agentwerkzaamheden. Verdere Verloop en Verzoeken van Werkneemster Na de tussenbeschikking kreeg de werkneemster de kans zich uit te spreken over de representatieve periode voor het bepalen van de arbeidsomvang, vakantie-uren en vakantietoeslag. Werkneemster breidde haar verzoeken uit, waarbij ze niet alleen loon vorderde over januari tot en met december 2021 op basis van haar gestelde arbeidsomvang, maar ook over de periode van januari tot en met december 2020, onder verwijzing naar de 'tienminutenregel' vanaf september 2018. Oordeel van de Rechtbank De rechtbank beoordeelde de arbeidsomvang voor 2020 over het jaar 2019, waarbij ook maanden zonder oproep meetellen. Uren van reguliere werknemers, inclusief vakantie-uren, werden in de berekening opgenomen. Werkneemster werd een bedrag van €788,68 bruto toegewezen aan achterstallig loon over 2020.Voor 2021 koos de werkneemster als representatieve periode augustus, september en oktober 2020, of subsidiair de laatste vijf maanden van dat jaar. De rechtbank wees het primaire verzoek af, aangezien de wet de drie maanden voorafgaand aan 2021 voorschrijft. Werkneemster kreeg €722,99 bruto toegewezen aan achterstallig loon voor 2021.Ondanks het ontbreken van argumenten voor loon vanaf december 2021, slaagde de werkneemster met de 'tienminutenregel'. Volgens de company rules van GDCC moest zij zich 10 minuten voor aanvang van haar dienst melden bij de teamleider, wat als werktijd werd beschouwd. De gevraagde €359,63 bruto werd toegewezen. Conclusie Deze recente jurisprudentie benadrukt het belang van nauwkeurige interpretatie van arbeidsreglementen, waarbij zelfs kleine details zoals de 'tienminutenregel' aanzienlijke gevolgen kunnen hebben voor loonvorderingen. Werkgevers dienen zich bewust te zijn van de impact van dergelijke voorschriften op arbeidsconflicten en zorgvuldig om te gaan met de naleving ervan.